Tweede Kamerverkiezingen 1883
Tweede Kamerverkiezingen 1883 | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Datum | 12 juni 1883 | ||||||
Land | Nederland | ||||||
Te verdelen zetels | 43 (43 leden waren niet-aftredend) | ||||||
Opvolging verkiezingen | |||||||
| |||||||
|
De Tweede Kamerverkiezingen 1883 waren periodieke Nederlandse verkiezingen voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Zij vonden plaats op 12 juni 1883.
Nederland was verdeeld in 43 kiesdistricten, waarin 86 leden van de Tweede Kamer gekozen werden.[1] Een kiezer bracht evenveel stemmen uit als er afgevaardigden in zijn kiesdistrict gekozen werden. Om gekozen te worden moest een kandidaat minimaal de districtskiesdrempel behalen.[2]
De verkiezingen werden gehouden vanwege het aftreden van 43 leden van de Tweede Kamer van wie de zittingstermijn afliep op 16 september 1883. In een kiesdistrict[3] was een tweede verkiezingsronde benodigd tussen de twee hoogstgeplaatste (niet-direct gekozen) kandidaten uit de eerste ronde vanwege het niet behalen van de districtskiesdrempel. Deze tweede ronde vond plaats op 26 juni 1883.
Uitslag
De uitslag van de verkiezingen was als volgt:
partij/groepering[4] | Zetels | |||||
---|---|---|---|---|---|---|
1881[5] | Af[6] | Bij[7] | 1883 | +/- | ||
liberalen | 36/31 | 14 | 13 | 30 | -1 | |
ARP | 15/17 | 10 | 12 | 19 | +2 | |
kappeynianen | 12/14 | 5 | 5 | 14 | 0 | |
bahlmannianen | 14/13 | 7 | 7 | 13 | 0 | |
schaepmannianen | 3/4 | 2 | 3 | 5 | +1 | |
conservatieven | 5 | 3 | 2 | 4 | -1 | |
conservatief-liberalen | 1 | 1 | 1 | 1 | 0 | |
vacature[8] | 0/1 | 1 | 0 | 0 | -1 | |
totaal | 86 | 43 | 43 | 86 | 0 |
Gekozen leden
Bij deze verkiezingen werden 39 leden herkozen. De stemmingen voor de overige vier vacatures hadden de volgende resultaten:
- in het kiesdistrict Arnhem werd Alexander Schimmelpenninck van der Oye (ARP) gekozen in de vacature ontstaan door het periodiek aftreden van Arthur Kool (liberalen) die had aangegeven niet herkiesbaar te zijn;
- in het kiesdistrict Amsterdam werd Justus Dirks (liberalen) gekozen in de vacature ontstaan in de vorige zittingsperiode door zijn eigen aftreden;
- in het kiesdistrict Delft werd Arnoldus van Berckel (schaepmannianen) gekozen in de vacature ontstaan door het periodiek aftreden van François de Casembroot (conservatieven) die had aangegeven niet herkiesbaar te zijn;
- in het kiesdistrict Tiel versloeg Gerard Beelaerts van Blokland (54,2%, ARP) het aftredende lid Willem de Beaufort (45,7%, liberalen).
De zittingsperiode van de Tweede Kamer ging in op 17 september 1883. De zittingstermijn van Tweede Kamerleden bedroeg vier jaar.[9][10]
Bronvermelding
Bronnen
- Verkiezingen Tweede Kamer 1848-1918 op huygens.knaw.nl
- Ron de Jong (1999). Van standspolitiek naar partijloyaliteit. Verkiezingen voor de Tweede Kamer 1848-1887. Verloren, Hilversum. ISBN 90-6550-069-3.
- Ron de Jong, Henk van der Kolk, Gerrit Voerman (2011). Verkiezingen op de kaart 1848-2010. Matrijs, Utrecht. ISBN 978 90 5345 437 4.
Noten
- ↑ Acht enkelvoudige kiesdistricten kozen één lid, in 32 meervoudige kiesdistricten werden twee leden afgevaardigd, in het kiesdistrict Sneek drie, in het kiesdistrict Rotterdam vier en in het kiesdistrict Amsterdam zeven.
- ↑ De districtskiesdrempel werd bepaald door de volgende formule: 50% van het aantal uitgebrachte geldige stemmen, gedeeld door het aantal in het district te verkiezen zetels.
- ↑ Delft.
- ↑ In het vierde kwart van de negentiende eeuw kwam langzamerhand partijvorming op gang. Leden van de Tweede Kamer werden veelal nog op individuele titel gekozen; na intrede in de Tweede Kamer sloten zij zich aan bij geestverwanten. Voor de indeling naar groepering is gebruikt gemaakt van informatie vermeld in Verkiezingen op de kaart 1848-2010 en op www.parlement.com.
- ↑ Een wijziging van het aantal zetels van een partij c.q. groepering is ontstaan door aftreden en overlijden gedurende de zittingsperiode 1881-1883.
- ↑ Aftredend in 1883 vanwege het bereiken van het einde van de zittingstermijn.
- ↑ Gekozen c.q. herkozen bij de periodieke verkiezingen in 1883.
- ↑ Justus Dirks, afgetreden op 2 maart 1883.
- ↑ Om de twee jaar was de helft van de Kamerleden aftredend.
- ↑ Door de tussentijdse ontbinding van de Tweede Kamer in 1884 traden alle leden af op 10 oktober 1884.